Voor ik terug kon keren naar het christendom moest ik eerst “De Antichrist” van Friedrich Nietzsche hebben gelezen en verwerkt. Alles moest ik afbreken: het traditionele godsbeeld, de kerkelijke waarheden en de burgerlijke waarden – of het moest worden “gedeconstrueerd”, zoals we dat in die tijd noemden. Pas toen kon ik op de bodem van de puinhopen een nieuw fundament vestigen. En dat fundament is vertrouwen, het is ervaren dat het leven zinvol is. Want het leven is zinvol, ondanks alles en juist ook midden tussen de puinhopen. Daar is alle laatste schijn verdwenen. Het is precies zoals Lathouwers het beschrijft: “Er is twijfel tot aan het bittere eind, op de bodem waarvan vitaal geloof opreist”.
Voor mij ging het herontdekken van het christendom, twintig jaar geleden, gelijk op met het ontdekken van het boeddhisme. Het boeddhisme biedt een techniek: meditatie. Door te mediteren leer je je eigen mentale processen te doorzien, de trucs waarmee je probeert jezelf veilig te stellen voor lijden en verlies. Mediteren leert je om lijden te verdragen zonder slachtoffer te worden. Mediteren leert je met mededogen te kijken naar je eigen ellende en die van anderen. Scherp analyseren met een warm hart.
Kan het samen gaan, boeddhisme en christendom of blijft er een conflict tussen de twee religies? Je zou ze met gemak kunnen vinden en aanwijzen die conflicten, maar nodig is het niet. Het boeddhisme biedt geen geloof maar leert een pragmatische aanpak: neem niks aan, tenzij het bevrijdend werkt. Dat geeft een nieuwe invulling aan Paulus’ woorden: “onderzoekt alles en behoudt het goede”. Misschien lijkt flexibele religiositeit wel op de uitspraak van Nebahat Albayrak over haar twee nationaliteiten: ik ben niet loyaal aan de christelijke kerk, ik ben niet loyaal aan een boeddhistische school, ik ben alleen loyaal aan wat mijn ervaring mij leert.
Het mooie is dat je recht op de kern af gaat: het vitale geloof als beleving, los van de verwoording en inbedding in welke religie of dogmatiek dan ook. Als je dat vitale geloof ervaren hebt, dan discussieer je niet meer over de toeters en de bellen van de religies – en wie daarbij gelijk heeft of wat je al dan niet zou moeten aannemen of geloven. Ik verloor mijn irritatie over het moralisme van de kerk en ik kon weer in contact komen met de fundamenten van religie en daarmee ook van de christelijke traditie.
En het komt hier op neer: wees waar je bent. Weerhoud jezelf ervan om te reageren uit angst, woede, irritatie, uit tegenbeweging. Vermeerder het leed niet, en blijf aanwezig bij het lijden van jezelf en anderen. Probeer het niet te snel op te lossen. Wacht tot je verwerkt hebt wat er in jezelf is opgeroepen. Pure aandacht geeft je inzicht in wat er aan de hand is – zodat je kunt doen wat heilzaam is.
En wees vooral geen moralist, doe niet te veel je best. Wees zacht.
Diana Vernooij
p.s.
Er is op 20 april in Den Haag een symposium van boeddhisten en rooms-katholieken over zinvol leven in eenvoud. Informatie: info@deboskant.nl.
terug naar: start
Dit is de site van Diana Vernooij